Author(s)
Janssens Rudi
Source

BRIO-matrixfiche, 2018

Organisation
Year
2018
Language
NL
matrix abc fiches

1. Situering

Na de laatste talentelling in 1947 is het taalbarometeronderzoek (TB) het eerste wetenschappelijk survey-onderzoek dat tracht een representatief beeld te schetsen van de Brusselse taalsituatie. Het steunt op een face-to-face bevraging van een representatief staal van 2500 Brusselaars en peilt naar taalkennis, taalgebruik en de houding van de inwoners van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ten aanzien van een aantal taalgerelateerde maatschappelijke ontwikkelingen. Na 2001, 2007 en 2013 werden in 2018 de resultaten van de vierde taalbarometer gepresenteerd.

2. Taalkennis in Brussel

Het taalgebruik in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest hangt samen met het sociaal-demografische profiel van haar bevolking. Als migratieregio wordt Brussel gekenmerkt door een grote diversiteit aan thuistalen. Figuur 1 geeft een overzicht van de 8 belangrijkste talen die in alle surveys in de top 10 opduiken. Door het vrij verkeer van personen binnen de EU verdwenen het Turks en het Berbers uit de top en stegen het Roemeens, het Bulgaars en het Pools op de ranglijst. Dit illustreert meteen de impact van de internationale besluitvorming en de demografische evolutie op het taalgebruik.

talen_brussel

Figuur 1. Vergelijking evolutie taalkennis (goed /uitstekend spreken)

Het Frans blijft veruit de meest gekende taal, al verliest ze over de ganse onderzoeksperiode bijna 9%. Enerzijds groeit het Brussels Hoofdstedelijk Gewest door externe migratie waarbij de meerderheid van deze nieuwe Brusselaars op het moment van migratie geen Frans spreekt, anderzijds pikt de tweede generatie het Frans op als tweede gezinstaal, is ze dominant in het onderwijs en scoort ze qua kennis het hoogst bij de jongste generatie Brusselaars. De kennis van het Nederlands daalt systematisch en is over de betrokken periode gehalveerd. Hierbij speelt zowel de interne als externe migratie een rol, maar het is vooral bij de Belgen die van huis uit niet Nederlandstalig zijn, en onderwijs liepen in het Franstalig onderwijs, dat de kennis significant daalt. Het Engels heeft zich op de tweede plaats genesteld, en is in tegenstelling tot de officiële talen sinds 2001 niet significant gedaald. Het blijft een schooltaal, wint licht terrein als tweede gezinstaal, blijft net als het Nederlands erg belangrijk op de arbeidsmarkt en is het populairst bij de jongste generatie. Het Arabisch kent een grilliger verloop, maar daalt wel op basis van de evolutie over de ganse onderzoeksperiode. Het is een erg diverse taal die in een 30-tal landen een officiële taal is, maar onderling sterke verschillen vertoont. De sterke stijging in TB3 is vooral op het conto van de jongeren te schrijven die de eigen taal onder Brusselaars van Arabische afkomst als Arabisch definiëren, en waarvan anderen de taal passief leren in hun beleving van de religie zonder de taal ook effectief te gebruiken. Het is bij deze jongeren dat de zelfrapportage van de kennis van het Arabisch in TB4 significant afneemt.

Figuur 2 geeft op basis van de officiële talen een overzicht van de thuistalen waarin de huidige Brusselaars opgroeiden.

talen brussel thuistaal

Figuur2. Oorspronkelijke thuistaal Brusselaars

Bovenstaande verschuivingen weerspiegelen vooral de invloed van de loop van de bevolking, de leeftijd en de intergenerationele taaloverdracht. Opvallend is de stijging van het aantal Brusselaars uit eentalig Franstalige gezinnen tegenover TB3. Dit wordt deels verklaard door de significante aangroei van Fransen en Afrikanen die zich in Brussel vestigen, en anderzijds door het verfransingspatroon bij traditionele migrantengroepen waarvan de kinderen steeds minder een partner zoeken in het land van oorsprong en met de Brusselse partner van de tweede, derde of vierde generatie Frans spreken. Het aantal Brusselaars uit eentalig Nederlandstalige gezinnen blijft stabiel tegenover TB3, waarbij het aandeel dat met een partner in Brussel woont wel stijgt ten nadele van het aantal alleenstaanden.

De grote onbekende ter verklaring van bovenstaande evoluties is de link tussen taal en migratie. Tussen het moment van de steekproeftrekking van TB1 en de huidige TB4 kwamen zo’n 1,9 miljoen mensen uit het buitenland al dan niet tijdelijk in Brussel wonen, en vertrokken er zo’n 950.000 naar het buitenland. Binnen België zelf zette de ‘stadsvlucht’ zich voort, met een 380.000 mensen die vanuit Vlaanderen en Wallonië voor een woonplaats in Brussel kozen, terwijl zo’n 570.000 Brusselaars de omgekeerde beweging maakten. Het netto-effect hiervan op de taalkennis en op de samenstelling van de thuistaalgroepen is niet gekend.

Publication type
Card
Category
Multilingualism
Language
Language Legislation / Politics
Region
Brussels Capital Region