BRIO-matrix-fiche, 10 december 2014

De Vlaamse Rand
Spanningen tussen de stad en haar hinterland komen veelvuldig voor en dat is voor Brussel en de Rand niet anders. Zowel de economische als de demografische evolutie van Brussel laten onvermijdelijk sporen na in de Rand. Vooral taalverschillen brengen geregeld politieke en maatschappelijke spanningen met zich mee. Taaldynamiek laat zich evenwel niet opsluiten binnen bestuurlijke grenzen. Daarom keurde de Vlaamse Regering op 9 november 1994 een nota goed waarin het de ‘Vlaamse Rand’ definieerde. De 19 Vlaamse gemeenten die grenzen aan het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en aan de zes faciliteitengemeenten, werden onderwerp van een preventief beleid om de ‘Nederlandse taal en cultuur veilig te stellen en te bevorderen’.[1] De heterogene bevolkingssamenstelling en de internationalisering werden reeds uitvoerig besproken (zie o.a. Degadt e.a., 2012), maar pas met het BRIO-taalbarometeronderzoek werd ook de taaldiversiteit wetenschappelijk in kaart gebracht.
Taalkennis en taalgebruik
Figuur 1 geeft een overzicht van de meest gekende talen in de Rand en vergelijkt deze met de situatie binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Frans is de meest gekende taal, gevolgd door het Nederlands, het Engels en het Duits. Deze laatste drie talen scoren qua kennis in de Rand significant hoger dan in Brussel, hetgeen het internationale karakter onderstreept.

Tabel 1 geeft een overzicht van de thuistaal, de taal waarmee de inwoners van de Rand opgroeiden en waarmee ze in eerste instantie ook een emotionele band ontwikkelden. Naast de algemene cijfers geeft de tabel ook de huidige thuistaal aan. Net als in Brussel leidt ook hier de intergenerationele taaloverdracht tot meer gezinnen die het Nederlands met een andere taal combineren. Ruim een kwart van de gezinnen in de Rand spreekt thuis meer dan één taal.
Thuistaal (TT) | Rand TT oorsprong | Rand huidige TT |
Nederlands | 47,0% | 45,9% |
Nederlands / Frans | 10,4% | 16,2% |
Nederlands / Ander taal | 0,8% | 2,3% |
Frans | 19,7% | 20,8% |
Frans / Andere taal | 7,2% | 7,5% |
Andere taal of talen | 14,9% | 7,3% |
Het Nederlands domineert in de publieke ruimte. Zelfs als men de taal minder beheerst, gaat men ze wel spreken. Het onderstaande radardiagram illustreert dat - met uitzondering van gesprekken met de buren - het aantal gebruikers van het Nederlands hoger ligt dan het aantal personen die de taal goed beheersen.

Taal en identiteit
De inwoners van de Rand identificeren zich in de eerste plaats als Belg (49,8%), inwoner van de gemeente (37,7%) of Vlaming (26,2%). Diegenen die opgroeiden in een eentalig Nederlandstalig gezin zien zichzelf in de eerste plaats als Vlaming, anderen als Belg, met uitzondering van anderstaligen die zich eerder Europeaan voelen. Waar het politieke debat inhoudelijk vooral focust op de tegenstelling tussen Franstaligen en Nederlandstaligen, toont het BRIO-onderzoek aan dat de tegenstelling op het terrein veel meer aansluit bij de tweedeling Vlaming versus Brusselaar, een Nederlandstalige versus een tweetalige Rand. Deze scheidingslijn loopt ook door de groep van Nederlandstaligen die zich ofwel met een stedelijke dan wel met een randstedelijke visie vereenzelvigen. Een vergelijkbare tegenstelling tussen een stedelijke en een gemeenschapslogica vinden we ook bij de Nederlandstaligen in Brussel terug (Janssens, 2013).